Alleen al omdat je het lekker vindt en ervan geniet, krijg je vaak een goed gevoel bij het eten van een stukje chocolade.
Hoewel in chocolade ook bepaalde stoffen zitten die stresswerend werken en antidepressieve eigenschappen bezitten, zijn die meestal in te kleine hoeveelheden aanwezig om alleen verantwoordelijk te zijn voor dat goed gevoel.
Het opwekkend effect dankt chocolade vooral aan de aanwezige koolhydraten die een bron van energie zijn.
Cacao is een belangrijke bron voor flavonoïden. Deze verdunnen het bloed en bevorderen de uitzetting van de bloedvaten, waardoor het risico op hart- en vaatziekten daalt. Bittere chocolade bevat doorgaans het meeste flavonoïden. Melkchocolade, witte chocolade en gevulde repen bevatten er nauwelijks of geen.
Als consument kun je op de verpakking meestal niet terugvinden of, en hoeveel flavonoïden er in de chocolade zitten. Veel fabrikanten blijken deze stoffen bovendien uit de chocolade te verwijderen omdat het een nogal bittere smaak heeft.
Flavonoïden vind je ook terug in thee, blauwe bessen, appels, sojabonen en rode wijn.
Melkchocolade en witte chocolade zijn rijk aan vitamine A en B12 die onder meer zorgen voor gezonde tanden en beenderen. Cacao en donkere chocolade bevatten ook veel vitamine B die belangrijk zijn voor de aanmaak van bouwstoffen voor het lichaam.
Ook mineralen zoals magnesium, koper, ijzer, mangaan en zink zijn aanwezig in chocolade.
Chocolade is niet nodig in een evenwichtige voeding. Maar met mate moet je zeker kunnen genieten van een stukje.
Chocolade bevat veel suikers en verzadigd vet. Dit vet is gelinkt aan een verhoogde kans op hart- en vaatziekten.
Een reep chocolade van 50 gram bevat ongeveer 250 kcal. Als je veel chocolade eet, zal je minder honger hebben en noodzakelijke voedingsmiddelen links laten liggen. Door te veel chocolade wordt je voeding onevenwichtig, met heel wat gezondheidsrisico’s tot gevolg.