Diverse factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van overgewicht bij kinderen. Algemeen wordt aangenomen dat een langdurige verstoring van de energiebalans de voornaamste oorzaak is.
Groeien, spelen, leren vraagt veel energie van kinderen. Die halen ze uit hun voeding. Maar wanneer ze meer energie opnemen dan ze verbruiken, ontstaat een gestoorde energiebalans.
Enerzijds zijn ongezonde eetgewoonten hiervoor verantwoordelijk:
Anderzijds bewegen kinderen te weinig. Ze zitten vaak uren voor tv of spelen computerspelletjes. Ze worden meer met de wagen gebracht dan dat ze fietsen of stappen. Hierdoor verbruiken ze minder energie. Het teveel aan energie wordt omgezet in vet.
Artsen gaan ervan uit dat er ook een erfelijke factor meespeelt. Een kind wiens beide ouders een gezond gewicht hebben, heeft 10 % kans om overgewicht te ontwikkelen. Eén ouder met overgewicht vergroot de kans tot 23 %, beide ouders met overgewicht tot 52 %.
Sommige kinderen eten graag en veel. Ze zijn snel verleid door het uitzicht, de kleur en de geur van voedingsmiddelen. Andere zoeken troost in voeding en eten hun emoties weg.
Daarnaast zijn er ook kinderen die ‘lijngericht’ eten. Bepaalde periodes houden ze zich aan een dieet, dat ze uiteindelijk niet volhouden. Als ze opnieuw in hun oude patroon vervallen komen de kilo’s er terug bij.
Kinderen lijken een aangeboren voorkeur te hebben voor suikerrijke producten die veel ‘lege’ calorieën bevatten. Ongekende voedingsmiddelen als groenten en fruit wijzen ze gemakkelijk af. Om een nieuwe smaak te leren kennen en appreciëren, moet je soms tot tien keer een bepaald voedingsmiddel aanbieden.
De eerste levensjaren regelt een spontaan gevoel van honger en verzadiging het eetgedrag van een kind. Is het actiever of groeit het sneller, dan eet het meer. Eet een kind tijdens een maaltijd eens te veel, dan eet het spontaan tijdens de volgende maaltijd minder. Vanaf 3-4 jaar stijgt de invloed van de omgeving. Kinderen worden bijvoorbeeld aangemoedigd of verplicht om het bord leeg te eten. Hierdoor verleert het kind om rekening te houden met zijn verzadigingsgevoel.
Kinderen leren eetgewoonten aan. Ze bootsen hierbij het gedrag van ouders, familieleden en vriendjes na. Ouders die zelf vaak vet- en suikerrijke producten eten en minder kiezen voor gezonde voedingsmiddelen geven dit eetpatroon onbewust door aan hun kinderen.