De moederschapsrust bedraagt maximaal twaalf weken.
Ze wordt opgesplitst in:
Drie weken moet je verplicht opnemen:
Tijdens deze drie weken moet je alle activiteiten volledig stopzetten.
De overige negen weken kan je naar keuze opnemen in periodes van zeven kalenderdagen:
Tijdens deze weken mag je je activiteiten als zelfstandige voor maximaal de helft uitoefenen in plaats van ze volledig stop te zetten. Deze keuze kan voor elke volledige week afzonderlijk genomen worden.
Indien je hiervoor kiest, wordt elke week met volledige stopzetting van de activiteiten omgezet in twee weken waarin je je activiteiten voor maximaal de helft uitoefent. Deze negen weken moederschapsrust kunnen alzo omgezet worden in maximaal achttien weken moederschapsrust.
In onderstaande situaties is een specifieke regeling van toepassing:
De uitkering bedraagt 830,67 euro per week voor de eerste vier weken. Vanaf de vijfde week bedraagt de uitkering 759,76 euro per week.
Een eerste betaling vindt plaats uiterlijk de dertigste kalenderdag, te rekenen vanaf de eerste dag van de moederschapsrust. Daarna volgen er maandelijkse betalingen. Het bedrag wordt steeds verminderd met 11,11 procent bedrijfsvoorheffing.
Kies je ervoor om gedurende een of meerdere weken je activiteiten als zelfstandige voor maximaal de helft verder uit te oefenen? Dan bedraagt de uitkering voor die week 415,33 euro (eerste vier weken) of 379,88 euro (vanaf vijfde week).