Werkverwijdering
Houdt je werksituatie gezondheidsrisico’s in voor moeder en kind? Dan kan de arbeidsarts beslissen dat je niet meer mag werken in die situatie.

Voordat er sprake is van werkverwijdering, moet je werkgever bekijken of ander werk zonder gezondheidsrisico's mogelijk is. Kan dat niet? Dan moet je tijdelijk volledig of gedeeltelijk stoppen met werken. Werkverwijdering kan op twee manieren:
- tijdens je zwangerschap;
- na de geboorte, tot maximaal vijf maanden na de bevalling.
De arbeidsarts bepaalt de duur.
Bezorg CM je aanvraag
Een aanvraag werkverwijdering doe je makkelijk in Mijn CM of in de Mijn CM-app. Bij de aanvraag voeg je volgende zaken:
- Een attest ingevuld door de werkgever, samen met het attest over de beslissing tot verplichte werkverwijdering door de arbeidsarts (zowel bij werkverwijdering tijdens de zwangerschap als na de geboorte).
- Een medisch attest van je arts met daarop de vermoedelijke bevallingsdatum. Krijg je een meerling en gaat het om werkverwijdering tijdens je zwangerschap? Dan moet dat ook op het medisch attest staan.
Lukt een aanvraag in Mijn CM niet, dan kan je de papieren ook via een CM-brievenbus bezorgen.
Vul het inlichtingenblad in
Je krijgt van CM een inlichtingenblad en een bewijs van werkhervatting. Dat inlichtingenblad moet je zo snel mogelijk invullen en terugbezorgen aan CM. De snelste manier is om het inlichtingenblad online in te vullen. Je werkgever krijgt de vraag naar de loongegevens rechtstreeks van CM.
Bezorg CM bewijs van werkhervatting
Ten laatste acht dagen na het einde van de werkverwijdering stuur je het bewijs van werkhervatting ingevuld terug naar CM.
Uitkeringen
Werkverwijdering voor de bevalling
Gedurende de verplichte werkverwijdering voor de bevalling krijgen werknemers uit de privésector, contractuele werknemers uit de publieke sector en onthaalouders twee keer per maand een uitkering van CM.
Bij volledige werkverwijdering bedraagt de uitkering 78,237 procent van het begrensd brutoloon.
Stop je niet volledig met werken, of start je tijdens je periode van volledige werkverwijdering een nieuwe activiteit (bv. een flexi-job), dan is er sprake van gedeeltelijke werkverwijdering. Dit heeft gevolgen voor de berekening van je uitkering.
Bij gedeeltelijke werkverwijdering wordt er rekening gehouden met het loon dat je verdient door het werk dat je nog uitoefent. Bij een gedeeltelijke werkverwijdering zijn de procedure en uitkering anders dan bij een volledige werkverwijdering:
- Je werkt bij 1 werkgever
Je krijgt er een alternatief werk of je mag er slechts een deel van je gewone werkzaamheden verderzetten, waardoor je loonverlies lijdt. Je uitkering bedraagt 60 % van het verschil tussen het gemiddelde brutodagloon dat je verdiende vóór de werkverwijdering en het brutodagloon uit het alternatief werk.
Is dat verschil hoger dan het wettelijk bepaalde maximumbedrag? Dan ontvang je 60 % van dit maximumbedrag. Elke maand is een inkomensverklaring van je werkgever vereist.
- Je werkt bij 2 werkgevers
Bij de ene moet je het werk stopzetten wegens de risico's voor jou en je kind; bij de andere kun je verder werken omdat er geen gezondheidsrisico’s zijn.
De uitkering bedraagt 60 % van het loon uit de activiteit(en) die je stopzette. Is je loon uit de stopgezette activiteit(en) hoger dan het wettelijk bepaalde maximumbedrag? Dan ontvang je 60 % van dat maximumbedrag.
- Je hebt als werknemer ook een zelfstandige activiteit
Als werknemer moet je stoppen omdat het werk risico's inhoudt voor jou en je kind. Wil je je zelfstandige activiteit verderzetten? Dan heb je toestemming nodig van de adviserend arts. Vul daarvoor dit aanvraagformulier in.
Je uitkering wordt berekend zoals hierboven en met 10 % verminderd.
- Je start een nieuwe loontrekkende activiteit, bijvoorbeeld een flexi-job
Het opstarten van een nieuwe betaalde activiteit (flexi-job of andere) tijdens een periode van verwijdering heeft een groot negatief effect op je uitkering. In veel gevallen weegt het extra inkomen in deze periode uit de nieuwe activiteit niet op tegen de daling van je uitkering, en levert het dus geen financieel voordeel op.
Je uitkering in deze situatie bedraagt dan 60% van het verschil tussen het gemiddeld bruto dagloon dat je verdiende voor de werkverwijdering en het gemiddeld bruto dagloon van je nieuwe activiteit. Is dat verschil hoger dan het wettelijk bepaald maximumbedrag? Dan ontvang je 60% van dit maximumbedrag. Elke maand is een inkomensverklaring van je nieuwe werkgever vereist.
Werkverwijdering na de bevalling
- Voor werkneemsters die na de bevalling het werk niet mogen hervatten van de arbeidsgeneesheer omdat ze borstvoeding geven, bedraagt de uitkering 60 % van het begrensd brutoloon.
- Bij gedeeltelijke werkverwijdering wordt er rekening gehouden met het loon dat je verdient door de hernomen activiteit, op dezelfde manier zoals vermeld bij ‘werkverwijdering voor de bevalling’.
- Wil je een zelfstandige activiteit uitoefenen tijdens deze periode? Dan heb je toestemming nodig van de adviserend arts van CM. Je uitkering wordt met 10 % verminderd.
Extra info
Borstvoeding
Mag je van de arbeidsgeneesheer niet opnieuw werken omdat je borstvoeding geeft? Dan val je ook onder de regeling werkverwijdering. Je krijgt dan een uitkering van CM. Dat heet borstvoedingsverlof.
Beslis je zelf om thuis te blijven omwille van de borstvoeding? Dan heb je geen recht op een terugbetaling. Je blijft dan thuis zonder uitkering. Je kunt ook terugvallen op een systeem van tijdskrediet. Dat vraag je aan via de RVA en de werkloosheidsinstellingen.
Je contract wordt beëindigd
Een periode van werkverwijdering is alleen mogelijk als er een contract is tussen werkgever en werkneemster. Wordt je contract beëindigd? Dan komt er automatisch een einde aan de werkverwijdering en dus ook aan de uitkeringen van CM.
Heb je (nog) geen andere job? Schrijf je in bij de werkloosheid om een vervangingsinkomen te krijgen.