Wanneer iemand de controle over zijn verrichtingen verliest, kan het aangewezen zijn om een bewindvoerder aan te stellen. Die aanstelling gebeurt door de vrederechter.
Elke belanghebbende kan de procedure in gang zetten:
Je kunt een elektronisch verzoekschrift, samen met een medisch attest, indienen bij het Centraal Register van bescherming van de personen (CRBP, www.rechterlijkebescherming.be). Je kunt ook - na afspraak - het verzoekschrift indienen op de griffie van elk vredegerecht.
Een model van een medisch attest kun je verkrijgen bij de griffie van het vredegerecht. Het gedetailleerde medisch attest waaruit blijkt dat de persoon handelingsonbekwaam is, mag niet ouder zijn dan vijftien dagen. Bij de griffie kun je ook de nodige inlichtingen over de procedure krijgen.
De zorgbehoevende kan ook een vertrouwenspersoon aanstellen. Wanneer een professionele bewindvoerder wordt aangesteld die de beschermde persoon niet goed kent, kan de vertrouwenspersoon een grote rol spelen.
Na inschrijving in het register kan zowel de beschermde persoon, als de bewindvoerder en de vertrouwenspersoon het dossier digitaal raadplegen. Via het register kun je ook documenten (verzoeken, verslagen,…) online indienen bij het bevoegde vredegerecht of ontvangen.
Vooraleer hij een beslissing neemt, wint de vrederechter de nodige inlichtingen in. Hij nodigt alle betrokken partijen uit en indien nodig brengt hij een plaatsbezoek of huisbezoek.
Hoewel de vrederechter bij voorkeur iemand uit de onmiddellijke omgeving van de persoon als bewindvoerder aanstelt, kan hij ook iemand anders aanduiden.
Vaak aarzelen mensen om een bewindvoerder te laten aanstellen. Ze zien het niet zitten dat een advocaat beslist over hoe ze hun financiën moeten beheren of hoe ze moeten handelen. Dat kunnen ze oplossen met een voorkeursverklaring.
In de voorkeursverklaring bepaal je wie bij voorkeur je gevolmachtigde bewindvoerder of vertrouwenspersoon wordt als je in de toekomst op juridisch vlak onbekwaam zou worden. Je kunt die verklaring afleggen voor de vrederechter van je woon- of verblijfplaats of voor een notaris met een notariële akte.
Elke vrederechter moet de voorkeursverklaring respecteren. Met een voorkeursverklaring vermijd je dus dat je een bewindvoerder toegewezen krijgt die je niet kent.
De taak van de bewindvoerder kan ruim of heel specifiek omschreven worden. Afhankelijk van de mogelijkheden van de te beschermen persoon kan de rechter bijvoorbeeld toelaten dat hij zelf een deel van zijn budget beheert.
De taak van een bewindvoerder kan ook ruimer zijn dan enkel het beheer van gelden en goederen. Hij kan de opdracht krijgen om het algemeen welzijn van de te beschermen persoon te bewaken. Hij kan bijvoorbeeld voorstellen om hem te laten opnemen in een instelling en daarvoor toestemming vragen aan de vrederechter.
Van een bewindvoerder wordt in elk geval verwacht dat hij de roerende en onroerende goederen van de te beschermen persoon als een ‘goede huisvader’ beheert.
Hoe ruim of specifiek de omschrijving ook mag zijn, voor een aantal rechtshandelingen en procedures heeft de bewindvoerder altijd een bijzondere machtiging van de vrederechter nodig. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de aankoop en verkoop van onroerende goederen, het aangaan van leningen, het toestaan van hypotheken en het aanvaarden of verwerpen van een erfenis.
Voor een aantal persoonlijke zaken is de bewindvoerder niet bevoegd: huwen of scheiden, een kind erkennen, stemrecht uitoefenen of euthanasie vragen. Een vrederechter kan de beschermde persoon de toelating geven om die handelingen zelf te stellen, ook al werd hij aanvankelijk onbekwaam verklaard.
De bewindvoerder kan voor zijn taak een vergoeding krijgen van maximaal 3 procent van de inkomsten van de zieke. De controle op de bewindvoerder gebeurt door de vrederechter via het jaarlijks op te maken financiële verslag en de staat van de goederen.
Voor meer informatie kun je contact opnemen met Zorglijn.