Dit type ontstaat meestal bij kinderen en volwassenen jonger dan veertig jaar, maar kan ook op oudere leeftijd de kop opsteken. De symptomen treden plots op.
Door een fout in het afweersysteem worden de cellen die de insuline aanmaken afgebroken. Zo kan de alvleesklier dit hormoon niet meer produceren. Waarom het afweersysteem het plotseling laat afweten, is nog onduidelijk. Erfelijkheid speelt vermoedelijk een rol.
Dit type treedt meestal op bij veertigplussers en wordt ook wel ouderdomsdiabetes genoemd. Opvallend is echter dat deze vorm de laatste jaren op steeds jongere leeftijd voorkomt.
In tegenstelling tot type 1-diabetes maakt de alvleesklier bij ouderdomsdiabetes wel nog insuline aan. Maar de hoeveelheid is onvoldoende of de lichaamscellen zijn minder gevoelig voor de werking ervan.
Bij het ontstaan van type 2-diabetes speelt erfelijkheid een rol, maar vaak zijn ook zwaarlijvigheid en gebrek aan lichaamsbeweging de aanleiding.
Naast type 1 en type 2 bestaan ook andere vormen van diabetes. Deze zijn evenwel eerder zeldzaam. Enkel zwangerschapsdiabetes komt nog regelmatig voor.